Slow en Fast…..
Een zekering kan doorsmelten door een kortsluiting en door een overbelasting.
Bij een kortsluiting duidelijk: de zekering gaat direkt door.
Bij een overbelasting (een zwaardere spoel trekt meer amperes dan een kleine) komt het verschil tussen snel en traag (engels: fast en slow) om de hoek kijken.
Stel: je hebt een 4A zekering en je spoel trekt 4,5A. Een fast zekering zal dan eerder doorsmelten, dan een slow, maar niet direkt. Dat duurt even, afhankelijk van de grootte van de stroom. Bij een Medusa heb je een 20A zekering voor de general illumination. Als je overal 0,25A lampjes hebt kan het voorkomen dat de zekering er na een uur uit gaat. Duidelijk geval van overbelasting, maar net boven de 20A en dus duurt het een tijd. Ik heb dan ook in de kop lampjes van 0,15A zitten en de zekering gaat nu niet meer door.
Bij een kortsluiting gaan ze beiden vrijwel direkt, de stroom is dan extreem hoog. (kleine vergelijking: bij je thuis in de stopppenkast: 16A zekering, een kortsluiting kan best 2000A worden, maar gedurende een extreem korte tijd)
Een “fast” zekering is duidelijk fast gekozen door de ontwerpers omdat het naar electronica gaat (ROMs en RAMs moeten snel worden afgeschakeld in het geval van een te hoge stroom).
Bij het testen kun je zeker over gaan op 3,15A, simpelweg omdat dit de stroom beter beveiligt.